Met de functie WEEKDAG kan je zien op wat voor dag een datum valt. Zo kun je dus snel zien op wat voor dag je bijvoorbeeld jarig bent of op welke dag het oud en nieuw is.
De functie WERKDAG heeft de volgende argumenten:
Serieel getal | Voer hier een datum in. Het kan ook een verwijzing zijn naar een cel met als inhoud een datum. |
Type resultaat | Dit argument is optioneel. Hier vul je een getal in dat bepaalt op welke dag de week begint. De waarde kan zijn leeg, 1 of 2.
|
Deze functie geeft als resultaat een getal tussen de 1 en 7.
1 staat hiervoor de eerste dag van de week , 2 voor de tweede dag, 3 voor de derde dag, etc.
Als je dus bij type resultaat een 1 hebt ingevoerd en het uiteindelijke resultaat is een 3 dan valt de datum dus op een dinsdag. Heb je bij type resultaat een 2 ingevoerd dan staat een 3 voor een woensdag.
Als je hebt gekozen dat maandag de eerste dag van de week is, dan valt 6 juni 2019 op een donderdag (de 4e dag van de week):
Je kan er ook voor kiezen om deze formule te schrijven met behulp van de formulebouwer.
Selecteer cel B2 en klik in de formulebalk op ”fx”:
Zoek vervolgens in de formulebouwer op ”WEEKDAG” en klik op ”functie invoegen”.
Bij serieel-getal vul je de datum of celverwijzing in, in dit geval cel B1.
Bij type_getal vul je 1 of 2 in, afhankelijk van wanneer je wilt dat de week begint. In dit voorbeeld begint de week op maandag, dus vul je een 2 in.